Goede eigenschappen en kwaliteiten

 

Voorbereiding:

  1. De klas wordt  door de mentor verdeeld in groepjes van 4 (eventueel 5).
  2. Elk groepje krijgt een stapeltje kaarten met kwaliteiten.
  3. Elk groepje krijgt van de mentor grote gele stikkers.

 

Stap 1:   Wat zijn goede eigenschappen?  Vul het woordweb in.

 

Stap 2:

Je krijgt van de docent een gele stikker

Onderdeel a t/m d is een stilte opdracht, er mag dus niet gesproken worden.

a) Noteer je eigen naam op de sticker

b) Geef jouw sticker door aan de persoon die rechts van je zit

c) Schrijf nu 1 goede eigenschap op van de persoon die op de sticker staat

d) Geef de sticker weer door naar rechts en herhaal stap 3.

   (Doe dit tot je je eigen sticker terug hebt)

e) Kies nu voor jezelf een eigenschap en schrijf deze ook op je sticker

 

Stap 3:

We gaan nu in gesprek over de positieve eigenschappen die je hebt gekregen.

Per persoon lees je de eigenschappen voor op de sticker.

De persoon die de eigenschap gegeven heeft, legt uit waarom je deze gekregen heeft.

Wanneer iedereen in het groepje geweest is, dan zijn jullie klaar.