Deze oefening kan goed gebruikt worden als reflectieopdracht.

Het doel van de opdracht is: een landkaart maken waarin je jouw ontwikkeling laat zien.
Bonusopdracht: kun je jouw ontwikkeling voorspellen??

1. Bepaal hoe jouw route er tot nu toe heeft uitgezien.
> Waar begint jouw reis? Deze week, dit schooljaar, of nog eerder?
> Verliep het vlotjes?
> Kwam je bergen tegen? (Grote uitdaging, mooi uitzicht op de top)
> Ben je rivieren overgestoken? (Uitdaging of snel vervoersmiddel)
> Heb je bruggen gebruikt, of andere hulpmiddelen? (fiets, boot, hulp van mensen)
> Heb je rondjes gelopen, ben je 2 keer op een plek gekomen?
> Heb je grote of kleine stappen gemaakt?

2. Wanneer je weet welke dingen je onderweg tegenkomt, kun je bepalen hoe jouw landkaart eruit gaat zien.

3. Teken de landkaart met jouw route erin. Laat voldoende ruimte over voor de bonusopdracht,

    de route hoeft niet het hele blad te vullen.

4. Bonusopdracht: Nu je weet hoe jouw route eruit ziet kun je misschien een stuk van je route voorspellen.

   Denk hierbij aan:
> Kun je jouw route tot over een maand voorspellen?
> Of tot het einde van het schooljaar?
> Tot aan de examens, Cito?
> Je route naar vervolgonderwijs?
> ……?

5. Wanneer je jouw voorspelling hebt, kun je wellicht kijken of je die route prettig vindt.
    Zie je alleen maar hoge bergen op je pad, zal je moeten kiezen of je er overheen of er omheen wilt…